Nickerie.Net, donderdag 13 juli 2006


Talent uit buitenland halen? Benut allochtone topvrouwen!

Aleid Truijens (Volkskrant, 13-07-2006)

Amsterdam - Nederland bungelt met Pakistan onder aan de lijst landen met veel leidinggevende vrouwen. Belachelijk en dom, meent zakenvrouw Carmen Breeveld. Laatst werd Carmen Breeveld, directeur van Team Care en moeder van een dochter van 10 en een zoon van 5, gebeld op haar werk. Het was een leerkracht van de basisschool: waarom ze haar toch op school zo weinig zagen? Breeveld was verbaasd. Diezelfde ochtend had haar man de kinderen naar school gebracht. Hij, de vader, was nergens op aangesproken.

Carmen Breeveld

1965 geboren in Paramaribo, 1986 afronding opleiding pedagogiek; studie Human Resource Management ,1989- 1996 diverse functies Personeel & Organisatie, 1996 richt eigen bedrijf Team Care op in Arnhem, 1999 Initieert de Human Talent Trophy, waarbij jaarlijks de HR-manager van het jaar gekozen wordt, 2003 gekozen tot internationale Zwarte Zakenvrouw van het jaar, 2005 initieert Stichting Women on Board. Nevenfuncties onder meer: Diversiteitambassadeur EU en lid van het Diversiteit- ambassadeursnetwerk Nederland. Adviseur voor de overheid in het kader van arbeidsmarktproblematiek en Nieuw Ondernem erschap.

Nee, het ging om de moeder. Die liet haar kinderen ophalen door een au pair! Wanneer zag zij haar kinderen eigenlijk, met zo’n drukke baan?

Dit voorval, denkt Breeveld, is typerend voor de situatie van hoogopgeleide werkende vrouwen in Nederland. Er is een grote sociale betutteling. Buren, leerkrachten en andere moeders praten succesvolle vrouwen aan dat zij slechte moeders zijn. ‘ls de baby er eenmaal uit, dan gaat de hele gemeenschap zich ermee bemoeien.

Hoe goed je ook bent in je werk, je moet en zal jarenlang bij je kind zitten en parttime werken.

Zelfs al is de man lager opgeleid dan de vrouw, dan nog werkt híj fulltime. Dat is economisch niet slim, en het is een grote verspilling van talent. Nederlandse vrouwen zijn gegijzeld door de parttime-norm.’

Carmen Breeveld, die tien jaar geleden haar bedrijf voor werving, selectie en advies in het Human Resource Management oprichtte, heeft een missie. Ze vertelt het haar cliënten, en de ondernemers, decanen, studenten en politici voor wie ze lezingen geeft: ‘Het is twee voor twaalf in Nederland.

De knop moet om.’

Ze rekent het geduldig voor. Er dreigt een kolossaal tekort aan hoogopgeleiden, in de zorg, in het onderwijs en in het bedrijfsleven.

‘In 2010, als de huidige managers met pensioen gaan, vallen er veel banen open. Naast de normale vervanging komen er nog eens 70 duizend nieuwe banen bij. Er staat niet meteen een nieuwe generatie klaar. Het gat tussen het senior management dat nu uitstroomt en het aanstormend talent kun je niet in een paar jaar overbruggen. We moeten, met versnelde trajecten, in enkele jaren veel mensen klaarstomen voor het management.

‘Wij willen een innovatieland zijn, een kenniseconomie. Maar wij handelen daar niet naar. De overheid is al van plan om talent in het buitenland te rekruteren.

Terwijl we een enorm potentieel hebben dat niet wordt benut!

Steeds meer allochtonen volgen een hbo- of universitaire opleiding.

Vrouwen zijn steeds beter opgeleid. Maar Nederland bungelt, als het gaat om het aantal vrouwen in leidinggevende posities, onderaan de internationale lijst, samen met Pakistan. We moeten de ongebruikte bronnen nú aanboren. Maar dat besef leeft niet. Die knop is nog niet om.’

Waarom heeft u er moeite mee dat een deel van de relatief kleine groep hoogopgeleiden – ruim een kwart van de werkende bevolking – thuis zit?

‘We moeten de taken verdelen naar kracht. In sommige beroepen is parttime werken geen enkel probleem. Maar in een topfunctie ben je 60, 70 uur per week bezig, ook de avonden. Je bent aan het netwerken, bezoekt de businessclub, gaat golfen om contacten te leggen. Als we de kleine elite die tot zo’n inspanning in staat is, parttime laten werken, zijn we ten dode opgeschreven.’

Hoogopgeleide moeders vleien zich met de gedachte dat het heilzaam voor hun kinderen is als zij thuis op hen wachten met een kopje thee.

‘Sorry hoor, maar waarom hebben wij dan zo’n groot jongerenprobleem en zoveel drop-outs in het onderwijs? Veel van die kinderen hebben thuiszittende moeders.

Maar die hebben het gedrag van hun kinderen niet in de hand.

Kinderen moeten leren dat zij verantwoordelijk zijn voor hun eigen succes. Hoe komt het dat in landen waar meer vrouwen werken een minder groot jongerenprobleem is?’

Mannen óók minder laten werken en vrouwen ietsje meer?

‘Dat is de verkeerde oplossing. In Nederland is emancipatie, gelijke rechten voor de vrouw, vertaald in de gedachte dat de man dús ook moet zorgen. Maar er moet, per gezin, juist meer gewerkt worden.

En dan kun je de zorg niet op je nemen, dat is niet te doen. Je moet toegroeien naar een situatie dat je de zorg en huishoudelijke taken uitbesteedt aan lager opgeleiden.

Die hebben wij in Nederland bij de vleet.’

Ja, het is Carmen Breeveld wél gelukt om een glanzende carrière en vele nevenfuncties te combineren met het moederschap. In 2003 werd ze verkozen tot zwarte zakenvrouw van het jaar. Ze initieerde de stichting Women on Board, waarin ze ‘amb assadeurs’ met topfuncties bijeenbracht, die ijveren voor meer vrouwen in managementfuncties.

Ze is vicevoorzitter van de Stichting Pa- Femme die getalenteerde allochtone vrouwen helpt bij het vinden van een baan. En onlangs ‘adopteerde’ ze een groep studenten personeelswetenschappen. ‘Die hebben straks de zware taak om goed personeel te vinden.’ In alles gaat het Breeveld om ‘bewustmaking’.

Benut het verborgen talent, is de boodschap.

U verklaart uw eigen succes deels uit het feit dat u opgroeide in een andere cultuur. Waarom was dat een voordeel?

‘Ik heb tot mijn vijftiende in Suriname gewoond en ik heb andere normen meegekregen ten aanzien van werkende vrouwen. In Suriname is het normaal dat vrouwen kostwinner zijn. Je ziet er vrouwen in alle geledingen van de maatschappij. Van de studenten aan de Surinaamse universiteit is 90 procent vrouw. Mannen hebben er een enorme achterstand.

Men is bezig met programma’s om de Surinaamse man te activeren, om te zorgen dat hij zijn verantwoordelijkheid neemt.

‘In Suriname heb je geen vangnet, er is geen sociale zekerheid.

Je krijgt met de paplepel ingegoten dat je op eigen benen moet staan. Ik zeg wel eens gekscherend: in Nederland is je man jouw diploma, in Suriname is je diploma jouw man.’

Bij hoogopgeleide allochtonen ziet Breeveld vaak een flinke dosis ambitie. Onlangs sprak zij met onderzoekers van het NOA (Nationaal Onderzoek Arbeidsmarkt).

Uit hun onderzoek naar de werkhouding van hoogopgeleide, in Nederland wonende Turken, Marokkanen, Surinamers, Chinezen en autochtone Nederlanders kwam een opmerkelijk feit. ‘De Nederlanders gaven aan dat ze “presteren” op hun werk niet belangrijk vonden; dat kwam op de vierde plaats, na punten als “gezelligheid” en “harmonie”. Bij de andere groepen stond presteren wel voorop.’

Zegt dat iets over de Nederlandse arbeidsmoraal?

‘We betalen de prijs voor de welvaart van de afgelopen decennia.

Iedereen is jarenlang gepamperd.

Je weet hier van jongs af aan dat er voor je gezorgd wordt. Daarom kun je een “leuke” studie kiezen.

Ik merk dat allochtone studenten kijken naar wat de markt nodig heeft. Ze vragen zich af: met welke studie kan ik geld verdienen?

Dat wordt door hun opleiders afgekeurd.

“Lieve schat, daar gáát het toch niet om?” zegt hun decaan dan.

Allochtonen kiezen ook vaker voor een technische studie. En velen voelen wel wat voor een eigen bedrijf. Maar die ondernemingslust wordt hier “kapotgepolderd”. . ve- Daarom velen eigen ve- Een baan moet vooral veilig, gerieflijk en gezellig zijn.

‘Allochtonen die hier al lange tijd wonen, gaan in dit opzicht op Nederlanders lijken. En dat is níet goed. Een manager van een grote multinational zei tegen mij: “Ik wil best allochtonen hebben, maar die haal ik uit het land van herkomst, dan zijn ze nog prestatiegericht.

Als ik een geïntegreerde allochtoon aanneem, begint hetzelfde parttime-geleuter als bij Ne d e r l a n d e r s . ” Daar schrik ik van. Want uit zo’n uitspraak kun je concluderen dat het ongezond is om te integreren.’

Nu nog worden allochtonen gediscrimineerd op de arbeidsmarkt; binnenkort kan dat gewoon niet meer, zegt Breeveld.

Hetzelfde geldt voor vrouwen die willen doorstromen naar het management.

‘Wij kunnen ons niet langer permitteren om die groepen te discrimineren. Maar de overheid hobbelt achter de feiten aan. Zij heeft niet door dat de markt veranderd is en is niet flexibel genoeg, nu er een tekort aan talent dreigt, het beleid drastisch om te buigen.’

Breeveld vreest dat Nederland onaantrekkelijk wordt voor mensen met talent en ambitie. Ze wijst op de ‘omgekeerde immigratiegolf’ die gaande is: ‘Velen vertrekken naar het buitenland. In 2004 waren dat er 112 duizend, in 2005 al 120 duizend en ik vrees het ergste voor 2006. De emigranten zijn niet degenen die zwak, ziek en misselijk zijn, nee, het zijn de beste academici. Stel je voor: je bent een jonge Turkse die economie heeft gestudeerd, en je wordt bij sollicitaties steeds afgewezen.

Dan ga je toch op zoek naar een land dat wel op je zit te wachten?’

De overheid heeft een belangrijke taak als we het grote potentieel aan vrouwelijk talent willen benutten: ‘Zij moet voor de randvoorwaarden zorgen. Waarom zou kinderopvang niet betaald kunnen worden uit belastingopbrengsten?

Demissionair staatssecretaris Wijn van Financiën heeft laten doorrekenen dat je die investering er in twee jaar uit hebt.

Vrouwen die meer gaan werken, of naar hogere functies stromen, betalen ook meer belasting. Jongens! denk ik dan. Als we dat weten, waarom dóen we dat dan niet?’

Eén ding weet Breeveld zeker: dwang werkt niet. Vrouwen moeten uit eigen beweging carrière maken. Laatst was ze te gast bij een paneldiscussie met Wouter Bos. ‘Ik gaf hem het advies om de vrouwen het huis uit te verleíden.

Het moet zo aantrekkelijk worden om te gaan werken, dat als man en vrouw hun inkomsten optellen, ze beter uitkomen. Nu zeggen vrouwen: ik lijk wel gek als ik ga werken, want ik houd er niks aan over. Maak werk zo aantrekkelijk dat ze zeggen: ik lijk wel gek als ik het níet doe.’

Rest nog het grootste obstakel: de sociale dwang van vrouwen onderling. Carmen Breeveld vertrouwt erop dat de komende generatie daarvan verlost is. ‘Als mijn dochter op school een kerstuitvoering heeft, zegt ze: “Mama , als het je lukt om te komen, is het leuk, maar de dingen waarmee jij bezig bent, zijn belangrijker dan gehuppel op een podium.’’ Kijk , dat is nou mijn dochter. Ik ben trots op dat kind.’

Bron/Copyright:

Nikerie.Net / Volkskrant

,13-07-2006

WWW.NICKERIE.NET

E-mail: info@nickerie.net

Copyright © 2006. All rights reserved.

Designed by Galactica's Graphics