Nickerie.Net, donderdag 10 augustus 2006

Alle verdachten in Moneylaunderingzaak Nickerie naar huis

Geplaatst: 10/08/2006

Nickerie -  Kantonrechter Krishnapersad Pultoo legde de 33 – jarige Guyanees Moolpersaud Maniram, juridisch bijgestaan door de advocaten Koulen en Berggraaf, dinsdag een voorwaardelijke straf op van zes maanden en een boete van SRD 1000 of een maand hechtenis wegens overtreding van de Wet Economische Delicten. T.a.v de Moneylaundering werd deze verdachte vrijgesproken. Ofschoon de rechter aangaf ‘het met zijn klompen te kunnen aanvoelen dat het een en ander niet geheel in orde is,’ volgde vrijspraak voor dit feit wegens gebrek aan het wettig en overtuigend bewijs. Dit betekende dat indien verdachte de boete betaalt, hij naar huis mag. De rechter gelaste ook dat Maniram zijn in beslaggenomen geld – een bedrag van US$ 388.525 – terugkrijgt. De overige twee verdachten in deze zaak, de 60 – jarige Dewieknandan Baidjoe en de 21 – jarige Robby Baidjoe, beiden juridisch bijgestaan door mr. Matawli, werden vrijgesproken.

Volgens de magistraat is geen van de feiten – de Moneylaundering en overtreding van de Wet Deviezenregeling – welke aan ze ten laste gelegd waren,bewezen. Ook gelaste de rechter dat de vader en zoon hun in beslaggenomen goederen en gelden terugkrijgen. Voorafgaand aan de uitspraak werden alle drie verdachten in de gelegenheid gesteld om hun ‘laatste woord’ te doen. ‘Ik ben met het geld uit Guyana gekomen. Ik heb niets illegaals gedaan. Geen drugs, niets,’ zei verdachte Maniram. De verdachte Dewieknandan: ‘Ik ben zwaar benadeeld in deze kwestie. Ze hebben al mijn spaargeld uit mijn huis weggehaald.’ Robby gaf te kennen zich niet schuldig te hebben gemaakt aan geen enkel strafbaar feit. Maniram hoorde op de vorige zitting vier jaar celstraf met aftrek tegen zich eisen wegens Moneylaundering en overtreding van de Wet Economische Delicten.

Tegen Dewieknandan en Robby Baidjoe eiste de vervolging voorwaardelijke straffen. Officier van justitie Gracia Paragsing eiste tegen Robby – rekeninghoudend dat hij first – offender is – een voorwaardelijke straf van drie maanden wegens overtreding van de Deviezenregeling. Voor Moneylaundering eiste de officier vrijspraak omdat dit niet uit het onderzoek is bewezen. Tegen Dewieknandan eiste de officier – gelet op de ernst van het feit en dat verdachte reeds eerder in aanraking is gekomen met justitie – een straf van zes maanden voorwaardelijk wegens overtreding van de Deviezenregeling. T.a.v Moneylaundering eiste de officier eveneens vrijspraak omdat dit niet uit de verf is gekomen uit het onderzoek.

Widjai Ganesh

WWW.NICKERIE.NET

E-mail: info@nickerie.net

Copyright © 2006. All rights reserved.

Designed by Galactica's Graphics