Nickerie.Net, maandag 19 juli 2010


Bouterse periode 1980-87, 41 ministeries, 103 ministers

Paramaribo - De kleine maar belangrijke groep vertegenwoordigers zal vandaag een poging wagen om te besluiten wie de president en vicepresident van het land worden. Door het ruitenwissersgedrag van Surinaamse politici, vooral de AC en VA, lijkt het redelijk verstand te zijn lamgeslagen. De Octopus Paul zouden we nu heel goed kunnen gebruiken. De Surinaamse Paul is echter voorzitter van een Volksalliantie en heel nadrukkelijk partijdig, niet geschikt om een uitkomst te voorspellen a la WK 2010. De Surinaamse Paul profileert zich meer en meer als een politieke clown met vooral eigenschappen van een kameleon. De Surinaamse papegaai Boyke heeft het wel gepresteerd in RBN’s actualiteitenprogramma KAAK om Santokhi en Rusland te pikken boven Bouterse en Ameerali. Intussen heeft de Surinaamse Paul gisteren bepaald dat hij meedoet met Mega in ruil voor 3 ministeries. Maar eerder waren niet eens 10 ministeries goed genoeg voor een samenwerking stelde VA-voorman Somohardjo definitief en vol overtuiging. Met ons verstand kunnen we nog alleen proberen om de verkiezing vandaag onder de loep te nemen.

Belangrijk is om na te gaan welk signaal door het electoraat is gegeven op 25 mei 2010. De presidentskandidaat van de Mega was al min of meer voor 25 mei bekend. De partijleider verraste voor- en tegenstanders door zichzelf als presidentskandidaat te presenteren. Door de Megacombinatie wordt geruime gesteld dat het overgrote deel van het electoraat de keus op haar heeft laten vallen. Het tegendeel is echter waar. De meerderheid van het electoraat, in dit geval 60 %, heeft de MC inclusief de presidentskandidaat die zich had aangediend, uitdrukkelijk afgewezen. Dat is een duidelijk teken.

Dat MC relatief meer zetels heeft gehad dan men inderdaad verdient, is gelegen in het oneerlijk kiesstelsel van Suriname. Niet alle stemmers wegen even zwaar in Suriname, niet alle Surinamers hebben een gelijke inbreng in de uitkomst van de verkiezingen. Dit kan aangemerkt worden als discriminatie van sommige kiezers en bevoordeling van andere. Dat is in strijd met het grondwetsartikel dat discriminatie afwijst en gelijkheid afwijst.

In aanloop naar de verkiezing straks op de dag is het belangrijk na te gaan wat voor vlees we in de kuip hebben. De president is in elk geval het gezicht van de republiek in de internationale gemeenschap. Het is een enorm minpunt voor Bouterse dat hij internationaal niet goed is aangeschreven. Santokhi ziet men internationaal wel staan in de wereldgemeenschap. Zijn leidinggevende functies in internationale instituten spreken voor zich. Een verkiezing van een president met een strafrechtelijk verleden en een in behandeling zijnde megazaak voor nota bene levensdelicten, zouden alles behalve bevorderlijk zijn voor het imago van Suriname en zijn volk naar buiten toe.

De wijze waarop Santokhi zich heeft geprofileerd met de nadruk op een op rechten gebaseerde samenleving, spreken allemaal in het voordeel van deze kandidaat. Bij de andere kandidaat blijkt juist het tegenovergestelde. Santokhi en Bouterse behoren tot twee verschillende kampen die in een rechtstaat tegenover elkaar staan. De eerste behoort tot de groep die het belang van regels benadrukt en deze handhaaft, de andere die de regels, de afspraken die de samenleving met elkaar maakt, overtreedt. De keuze tussen Santokhi en Bouterse is een keuze tussen de dominantie van die twee groepen.

Terwijl we de democratische principes die gelden bij de vaststelling van winnaars onderschrijven, willen we met de internationale politieke scene op de achtergrond wijzen op de president van Soedan. Hij is gekozen door het Soedanese volk, maar internationaal een paria. Suriname moet niet bijdragen aan de rij van politieke paria’s. Bouterse zou dat kunnen worden als het hem lukt de presidentsverkiezing te winnen.

De politieke stabiliteit waarmee het land Suriname gekarakteriseerd werd het afgelopen decennium moet bij de verkiezing vandaag ook niet uit het oog worden verloren. De onrust op dat vlak beïnvloedt de rust in de samenleving in zijn algemeenheid. In die periode-Bouterse (1980-1987) zijn in totaal 41 ministeries gecreëerd. In die periode zijn 65 personen als minister ingezet. Echter hebben deze 65 personen bij elkaar op 103 ministeries gezeten. De meeste ministers hebben niet langer dan een jaar gediend. Deze manier van regeren is geen garantie geweest voor stabiliteit. Met de regelmatige verwijzingen naar ‘toen’ door de man die aan de touwtjes zou kunnen trekken, is een soortgelijke trend niet uitgesloten.

Bron/copyright:

Nickerie.Net / Dagblad Suriname

19-07-2010

WWW.NICKERIE.NET

Email: info@nickerie.net

Copyright © 2010. All rights reserved.

Designed by Galactica's Graphics