Nickerie.Net, maandag 23 augustus 2010


Regeerakkoord lijkt scheef

Enige tijd nadat de president en de vicepresident formeel geďnaugureerd werden en maanden nadat bekend was welke partijen regeerverantwoordelijkheid zouden dragen, is de dato 21 augustus het regeerakkoord voor de periode 2010-2015 ondertekend. Volgens het akkoord hebben de partijen zich (nu pas) kunnen vinden in een samenwerkingsakkoord, teneinde een regeercoalitie te vormen. Inderdaad, teneinde een regeercoalitie te vormen. Een vreemde in Jeruzalem zou wellicht bij het lezen van dit akkoord de indruk kunnen krijgen dat een aantal partijen ‘common grounds’ hebben gevonden om nu pas een regeercoalitie te vormen. Het regeerakkoord verwoordt de ideale situatie, maar de Surinaamse praktijk hanteert liever een omgekeerde volgorde ontdaan van alle logica.

Wat als eerste opvalt in het regeerakkoord is de vertegenwoordiging van de respectieve partijen in de partijcombinaties. Megacombinatie en A-Combinatie laten alle partijen metekenen, bij de Volksalliantie tekent de voorzitter. In het laatste geval heeft de VA-voorzitter duidelijk laten merken dat de anderen partijen volgens hem geen toegevoegde waarde hebben gehad tijdens de stembusgang. De voorzitters zijn als zodanig ook niet in tel en hebben dit ook min of meer geaccepteerd. De Volksalliantie is thans dus gewoon Pertjajah Luhur. Wat even opvallend is, is het achterwege laten van een naam bij ‘Voorzitter Nieuw Suriname’. Binnen de Megacombinatie weet men dus niet, of wil men niet weten wie de echte voorzitter van Nieuw Suriname is. De partij is kennelijk te klein en van te licht gewicht om bij perikelen dat vast te stellen. Eerder schreven we al over het lot dat deze partij beschoren is en de oorzaak die mede ligt in het feit dat het prominenten niet lukt om de shift van jongerenactiviteiten, met een bepaald niveau, te maken naar ‘serious business’ in de harde wereld van de politiek met volwassenen.

Het akkoord bestaat uit overwegingen, besluiten, hoofdlijnen en afspraken ten aanzien van politiek handelen. Het akkoord zelf heeft naar ons oordeel een te zware nadruk op de Surinaamse inheems en tribale volken en verwijzing naar het binnenland. Behalve dat dit voor onevenwichtigheid kan zorgen in de besteding van staatsmiddelen, kunnen er ook spanningen ontstaan binnen de coalitie wanneer stemmen geoogst moeten worden. De woorden bevolkingsgroepen en belangengroepen komen samen een aantal keren voor.

In de overwegingen zijn de voornemens ter uitbanning van corruptie en het grond- en huisvestingsprobleem. Opvallend in de overwegingen is het compleet achterwege blijven van bijvoorbeeld de agrarische sector waarop er zwaar werd gecampaigned om met name in Nickerie stemmen te winnen.

Bij de besluiten komen de samenwerkende partijen in het bijzonder het buitenlands beleid overeen. Nederland wordt nergens genoemd, wel ‘landen binnen UE/ACP’. De grenslanden Brazilië, Frankrijk en Guyana worden nadrukkelijk genoemd. Tot de focusregio’s behoren Caricom, Latijns- en Noord-Amerika, Aziatische landen en OIC-landen. De nadruk zal liggen op wederzijds voordeel, en statement die Bouterse ook maakte na zijn inauguratie waarmee voornamelijk bedoeld werd af te geven tegen de voormalige koloniale machthebber. Ook is besloten om uit te gaan van een nieuwe overheidsstructuur die gekenmerkt wordt door onder meer vergaande decentralisatie.

Uit de 21 hoofdlijnen is noemenswaardig het zelfstandig maken van o.a. de Rechterlijke Macht. Kennelijk wordt die macht niet als zelfstandig en onpartijdig ervaren. Hoe dat zal gebeuren, blijft vooralsnog een vraagteken. Het grondenrechtenvraagstuk zal worden opgelost, met andere woorden er komt erkenning van de inheemse en tribale volken als bijzondere groep in de samenleving, demarcatie van hun gebied en een collectief grondenrecht lijkt het. AZV komt ook en het is ‘financieel duurzaam uitvoerbaar’ zeggen de regerende partners. Oplossing van specifieke arbeidsproblemen zijn nergens te zien (los van het algemene verbeteringspositie), wel de noodzaak tot verhoging van de arbeidsproductiviteit. Interessant is ook de Investment Coöperation Suriname, een fonds waaruit duurzame productiesectoren kunnen worden gestimuleerd waaronder landbouw. Voorts zijn ook noemenswaardig maatregelen om het investeringsklimaat te verbeteren. De rest lijkt enigszins vaag, maar de nadere uitwerking zien we graag in een regeringsverklaring en MOP.

In de overwegingen wordt evenals door de Venetiaan III-regering in 2005 melding gemaakt van de wens om te geraken tot een rechtvaardig gespreide sociaal-economische ontwikkeling en groei voor de diverse bevolkingsgroepen. De vraag die nu opkomt, is hoe dit doel van evenwicht te bereiken valt als er thans door historische feiten er onevenwichtigheden bestaan in formele scholing en economische participatie en kracht. En binnen welke termijn men dit doel wenst te realiseren. Is het een ZKT (zeer korte termijn = 90 dagenplan), KT (korte termijn = binnen 1 jaar), MT (middellange termijn = 2 tot 3 jaren) of LT (lange termijn = langer dan 4 jaren) zoals het akkoord van realisatie zelf onderverdeelt? Dit doel is meer dan noodzakelijk in Suriname. Elke burger in Suriname moet min of meer gelijk naar gelangd zijn capaciteit van de voorspoed in de economie kunnen genieten. Scholing en ondernemerschap zijn sleutelwoorden om evenwicht te bereiken. Deze processen nemen tijd. Dus een allesbehalve een LT op dit stuk zou alleen maar leiden tot beknotting van bepaalde groepen hoofdzakelijk in termen van ondernemerschapskansen en ook met betrekking tot hoger onderwijskansen en toegang tot werkgelegenheid.

Bron / Copyright:

Nickerie.Net / Dagblad Suriname redactioneel

23-08-2010

WWW.NICKERIE.NET

Email: info@nickerie.net

Copyright © 2010. All rights reserved.

Designed by Galactica's Graphics