Nickerie.Net, maandag 04 november 2013


dWT - Essay op Zaterdag
 

Mag de president van Hindostaanse afkomst zijn?

02/11/2013

‘Essay op Zaterdag’ is een wekelijkse rubriek, verzorgd door Theo Para. Hij schreef vier essaybundels over zijn geboorteland Suriname. Zijn laatste ‘De schreeuw van Bastion Veere, om de rechtsorde in Suriname’ (2009, twee drukken) verscheen bij Uitgeverij Van Gennep.

VHP-voorzitter Chandrikapersad Santhoki.-.VHP-voorzitter Chandrikapersad Santhoki.-.

Er waart een spook door Suriname - het spook heet President Santokhi. De zittende politieke elite lijkt zich tot een heilige drijfjacht tegen dit spook te verenigen. Chandrikapersad 'Chan' Santokhi is de next generation-voorzitter van de grootste oppositiepartij, de Vooruitstrevende Hervormings Partij (VHP), coördinator van het Nieuw Front (NF) en volksvertegenwoordiger. De academisch gevormde, voormalige baas van de Anti-Narcotica Brigade was in de democratische regering-Venetiaan minister van Justitie en Politie. Zijn bestuurlijke en operationele successen in de bestrijding van de (drugs)criminaliteit, het herstel van de democratische rechtsstaat en verbetering van de internationale justitieel-politionele samenwerking, brachten hem respect en gezag. In 2010 werd hij gekozen tot voorzitter van de Inter-American Drug Abuse Commission (Cicad), het forum voor anti-drugbeleid van de westelijke hemisfeer, dat in 1986 door de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) is opgericht.

Obama van de VHP

Het aantal politici dat kan bogen op zowel bestuurlijke bekwaamheid, courage civilals charismatisch magnetisme, is relatief beperkt. Santokhi lijkt over alle drie kwaliteiten te beschikken. In de verkiezingen van 2010 bleek het conservatieve deel van het establishment van de VHP daar blind voor. Santokhi was meer een professional, dan een ston futu-partijman. Ook in de staf van zijn ministerie was dat af te lezen; niet politieke loyaliteit, maar professioneel kunnen was beslissend. Mede daardoor appelleerde hij ook aan de verbeelding van velen buiten de traditionele VHP-aanhang. Toch kreeg hij in zijn kiesdistrict Wanica niet het lijsttrekkerschap toebedeeld. Het verhinderde hem echter niet de meeste stemmen binnen te halen en daarmee zowel de lijsttrekker van de eigen VHP/NF, als die van de NDP/Megacombinatie, voorbij te streven. Hij was de overwinnaar in zijn kiesdistrict. Santokhi werd uiteindelijk de kandidaat voor het NF in de (indirecte) presidentsverkiezing. Echter, door gebrek aan innovatieve geestkracht in zijn partij, had de VHP/Nieuw Front het voordeel van een aansprekende, nieuwe presidentskandidaat in de algemene verkiezingen aan haar neus laten voorbijgaan. Santokhi was klein want lokaal gehouden, niet nationaal gelanceerd. Het was een pijnlijke bevestiging van een partijpolitieke cultuur, wijdverbreid in Suriname, die meer gericht is op machtsbehoud van partijleiders, dan op het rekruteren, trainen en faciliteren van nieuw talent voor het openbaar bestuur. In de bestuursverkiezingen van de VHP was een heuse opstand vanuit de basis nodig om Santokhi, als relatieve outsider, te doen kiezen tot partijleider. Evenals Barack Obama veroverde Santokhi het leiderschap van zijn partij, ondanks een andere voorkeur van het partij-establishment. Daarmee leek de weg voor de VHP geopend naar verjonging, maar ook naar vernieuwing. Santokhi zette koers naar democratisering, modernisering en verbreding van zijn partij.

NDP, van vrijage naar laster

Na de verkiezingen van 2010 ontstond voor de VHP het morele dilemma van al dan niet samen regeren met de NDP/Megacombinatie. In Suriname, een land met een rechtsstaat op papier en een politieke cultuur doordrongen van patronage en partijpolitiek favoritisme, is het niet-regeren een hoge prijs voor een politieke partij. Anderzijds dreigde bij regeren onder een drugsveroordeelde en van moord verdachte president een moreel demasqué van de partij. De stemmen binnen de partij die hechten aan bestuurlijke integriteit en democratische rechtsstaat, boven het ministerpluche, wonnen het pleit. Maar duidelijk was geworden, ook voor de NDP, dat er ook andere stemmen lees zakelijke belangen waren binnen die partij. Toen de regering-Bouterse nog niet, zoals nu na de corruptieschandalen, het financieel-bestuurlijke echec en de arrestatie van Dino Bouterse aangeschoten wild leek, opperde de VHP de theoretische mogelijkheid alleen de verkiezingen in te gaan (lees: uit het NF te stappen). De suggestie van eenalleingangin de verkiezingen voedde speculaties over een op handen zijnde NDP-VHP regering na de verkiezingen. NDP-parlementslid Doekhi deed een publieke oproep aan de VHP het NF te verlaten om samenwerking met de NDP mogelijk te maken. Toen president Bouterse 'niet Bouterse, maar de president' op de Vision 2030 bijeenkomst van de VHP een ongemakkelijke staande ovatie kreeg, kromden zich de tenen van veel mensen die hechten aan rechtsstaat, mensenrechten en de nagedachtenis van hen die die hun leven gaven voor de vrijheid. Maar de regering-Bouterse verbruidde de vrijage door slecht beleid, verlies aan gezag en snel eroderend electoraal draagvlak. Weer moesten de stemmen van appeasement binnen de VHP het afleggen tegen de stemmen die een brede, democratische oppositie voorstonden. De definitieve keuze van de VHP voor deelname aan de verkiezingen van 2015 in democratisch frontverband, vormde een opmaat in de publieke verbeelding van Santokhi als presidentskandidaat van democratisch Suriname. Geen betere bevestiging daarvan, dan het losbranden van de NDP-lastercampagne tegen de VHP-voorzitter. Daarbij wordt in het NDP online-scheldblaadje Krin Denki niet geschuwd, zonder ook maar een poging tot onderbouwing, de voormalig Cicad-voorzitter in verband te brengen met drugshandel. Hetzelfde geldt voor de kwaadsprekerij dat Santokhi 'in dienst van Nederland' is. Op de kaderscholing van de NDP wordt aan de deelnemers bij de certificaatuitreiking het devies meegegeven dat ze hard moesten werken als ze Santokhi niet wilden.

Santokhi en de marrons

Het was op een druk bezochte meeting in Den Haag, georganiseerd door de Kenniskring Nederland Suriname, dat ik Santokhi voor het eerst live hoorde spreken. Het publiek bestond voornamelijk uit Surinamers van Hindostaanse afkomst. Tijdens de vragenronde vroeg een man ik schat een veertiger op bozige toon wat de spreker vond van, de naar zijn mening toenemende, gewelddadige roofovervallen op Hindostaanse families door meestal daders van Marron-afkomst. Santokhi begon met te stellen dat Suriname een etnisch diverse samenleving is, waar in de verschillende vormen van criminaliteit een verschillende etnische representatie wordt gezien. Bij inbraken ligt dat bijvoorbeeld anders dan bij witteboordencriminaliteit. Hij gaf aan dat naar zijn mening criminaliteit niet terug te voeren was tot etniciteit. Naar zijn mening moeten sociale wetenschappers worden betrokken om te onderzoeken welke economische, sociale en psychologische factoren een rol spelen bij de verschillende vormen van criminaliteit in Suriname, om zo een effectief preventief beleid te ontwikkelen. Tegelijkertijd moet er een effectieve rechtshandhaving zijn, opdat alle burgers, ongeacht etnische afkomst, adequaat worden beschermd. De daders moeten worden opgespoord, vervolgd en berecht. Daarbij moet niet alleen worden gedacht aan straf, maar ook aan resocialisatie en re-integratie na uitzitten van de straf. Ik moest aan dit verhaal denken toen VHP-voorzitter Santokhi onlangs een VHP-afdeling te Moengo, voornamelijk bestaand uit marrons, oprichtte. Hetzelfde verhaal dat hij had gehouden in Den Haag, had hij ook in Moengo kunnen houden. Hij sprak niet als een etnocentrische politicus, met een dubbele tong een verhaal voor 'ons' en een verhaal voor 'hun' maar betoogde als man van law and order een humanitair en rechtshandhavend beleid, dat met de belangen van alle betrokkenen rekening hield.

Mag de president van Hindostaanse afkomst zijn?

Niet alleen binnen zijn partij, ook in de politiek, lijkt Santokhi de anti-status quo route a la Obama te moeten bewandelen. Obama moest in een wit gedomineerd land als eerste African-American de strijd om het presidentschap in zijn voordeel beslissen. Suriname heeft van de 26 jaren sinds de nieuwe grondwet, 24 jaren een president van Afro-Surinaamse afkomst gehad. De mogelijkheid nu van een president van Hindostaanse afkomst roept kennelijk etnocentrische weerstanden op. Bestuurskundige August Boldewijn verklaarde in Bakana Tori via de SRS dat Santokhi weinig kans maakt op het presidentschap, omdat hij een etnische politicus van een etnische partij is. Het staatshoofd moet een 'vader' voor alle Surinamers zijn en dat kon Santokhi dus niet zijn. Boldewijn deed zijn uitspraak nota bene naar aanleiding van de aansluiting van tientallen marrons in Moengo bij de VHP. Onze bestuurskundige ondernam geen poging tot deugdelijke, inhoudelijke onderbouwing van zijn stelling. Boldewijn beoordeelde Santokhi niet op zijn uitspraken of gedrag, maar om wie hij is, een Hindostaan. Hij maakt zich daarmee schuldig aan stereotypering, een bestuurskundige onwaardig. Suriname is een cultureel en etnisch divers land. Respect voor diversiteit betekent in dit land van minderheden, dat het nationale zich kenmerkt door diversiteit. De ontwikkelingsfase waarin werd gesproken over Surinamers (lees: Afro-Surinamers) en Hindostanen is voorbij. Ook de Hindostaan of lid van welke andere etnische minderheid dan ook, is Surinamer en nationaal, en niet slechts 'etnisch'. Als Hindostanen in de Surinaamse diaspora bijeenkomen om te praten over het Surinaamse diasporabeleid, dan is het ongepast om, zoals NDP-minister van Buitenlandse Zaken Lackin deed, pejoratief te spreken over 'diaraspora'. Als presidentskandidaat heeft Santokhi, evenals alle andere kandidaten, er recht op te worden beoordeeld naar zijn visie, beleid en daden. Heeft hij een strafblad? Heeft hij zich schuldig gemaakt aan moorden en andere mensenrechtenschendingen? Omringt hij zich met drugsveroordeelden? Bezorgt hij Suriname een slechte pers in het buitenland? Doet hij aan zelfverrijking ten koste van de publieke middelen? Heeft hij bewezen de democratie en rechtsstaat te kunnen versterken? Hoe staat hij ten aanzien van deugdelijk bestuur? Wat is zijn sociaal-economisch beleid? Wat doet hij aan armoedebestrijding? Aan onderwijs en gezondheidszorg? Wat is zijn anti-corruptiebeleid? Hoe duur zal zijn presidentsauto zijn? En zo meer. Chandrikapersad Santokhi heeft als burger en politicus van Suriname er recht op niet te worden gestigmatiseerd en te worden gediscrimineerd vanwege zijn etnische afkomst. Dat schrijft de grondwet aan allen, ook aan August Boldewijn, voor.-

Bron(nen) / Copyright:

Nickerie.Net  / dWT

03-11-2013

WWW.NICKERIE.NET

Email: info@nickerie.net

Copyright © 2013. All rights reserved.

Designed by Galactica's Graphics