Nickerie.Net, maandag 09 juni 2014


In memoriam: uroloog Aroenkumar Goerdin (door Hardeo Ramadhin)

Op dinsdag 3 juni 2014 kreeg ik het droevige bericht dat drs. Aroenkoemar Goerdin (uroloog) ons op 57-jarige leeftijd voorgoed verlaten heeft. Voor enkele seconden was ik sprakeloos. Je staat stil en dan pas begint het tot je door te dringen hoe betrekkelijk het menselijke leven is. Over 100 jaren zal niemand die nu op deze aardbol leeft, nog in leven zijn.

De 7 miljard zielen zullen er niet meer zijn, maar de mens zal op deze aardbol nog blijven voortleven. Terwijl er bij de familie en naaste vrienden gerouwd wordt, wordt er op andere plaatsen feest gevierd. Ruim 300.000 gezinnen vieren dagelijks feest, omdat er gemiddeld 300.000 kinderen per dag op de aardbol geboren worden.

Wij zeggen vaak dat elke dood een oorzaak heeft. Wij moeten ons hoofd buigen, omdat dat ons allen ook te wachten staat. Alleen de dag, de plaats, de datum, het tijdstip is ons niet bekend, gelukkig. Als ik zou weten dat ik over 5 jaren niet meer leef, zou het leven voor mij een hel worden.

De eerste goede contacten

De familie Goerdin is geen onbekende familie in de Nickeriaanse gemeenschap. Als kleine jongen bracht mijn moeder mij vaak naar de bekende winkels van de familie Goerdin in Nieuw Nickerie. De naam is mij altijd bij gebleven. In 1970 migreerde ik naar Paramaribo en ik heb ruim twee jaren in de Bechaniestraat en daarna in de Doergalaan gewoond.

In de Bechaniestraat woonde de heer Chanderdew Goerdin (onderwijzer), de vader van de uroloog Goerdin. Als buurtbewoner ontstond er een hechte band en die band is ook na 44 jaren gebleven. Drs. Aroen Goedin was toen een jongen van 13/14 jaar. De tijd is niet aan grenzen gebonden en gaat zo snel voorbij dat wij mensen vaak niet bij stil staan dat de jaren zo voorbij vliegen. In 2001 werd ik districtscommissaris van Nickerie.

In hetzelfde jaar ontmoette ik dokter Goerdin, die ook te werk was gesteld als uroloog in het dokter Alwin L. Mungra Ziekenhuis (LMSZN). Ik woonde alleen en hij kwam regelmatig bij mij op bezoek en er werd over allerhande zaken gesproken. Vanwege mijn oude band met de familie riep hij mij altijd oom. Ondanks zijn opleiding en leeftijd heeft hij de oude traditie van de Hindostaanse cultuur hoog in zijn vaandel gehouden. Onze ouders hebben ons altijd geleerd dat wij ouderen altijd oom (mámá, mámu, káká, dádá , mausá of phupphá) en tante (mausi, phuwá, káki of mámi) moeten aanspreken.

Wie was Aroen Goerdin?

Zoals eerder aangehaald was Aroenkoemar het oudste kind (zoon) van de onderwijzer Chanderdew Goerdin. De familie Chanderdew Goerdin had 6 kinderen (4 jongens en 2 meisjes). Aroenkoemar zag op 5 augustus 1956 het levenslicht. Hij was een heel flinke student op het Miranda Lyceum. Na het Miranda Lyceum goed afgerond te hebben (in 1974), kwam hij op de Medische Faculteit terecht en rondde in 1981, op 25 jarige leeftijd, zijn studie als arts af.

Na 7 jaren in Suriname gewerkt te hebben als arts, vertrok hij in 1988 naar België (Gent) en studeerde in 1992 als uroloog af. Hij heeft in alle ziekenhuizen in Paramaribo gewerkt als uroloog. In 2001 startte hij als uroloog in het Streekziekehuis in Nickerie en heeft zijn krachten tot eind 2013 aan dit ziekenhuis gegeven. Op verzoek van de districtscommissaris Hardeo Ramadhin heeft hij vaker gratis medische hulp gegeven aan sociaal zwakkeren.

Hij zei altijd tegen mij: “Oom, U woont alleen in Nickerie, als u voelt dat er iets aan de hand is met jou gezondheid, moet je mij onmiddellijk opbellen. Dat heb ik altijd gewaardeerd van deze medicus, die spontaan dit voorstel had gedaan. Tijdens het schrijven van mijn eerste boek: “Het district Nickerie in ontwikkelingsperspectief” was hij tevens meelezer. Eind 2013 urbaniseerde hij weer naar Paramaribo en voerde wat oriëntatiegesprekken om zijn krachten wederom aan de zieke mens te geven.

Zijn laatste doelen heeft hij niet kunnen verwezenlijk en het noodlot heeft hem op dinsdag 3 juni 2014 getroffen en heeft hij het tijdige met het eeuwige verwisseld.

Hij was een karaktervol mens. Elk mens heeft zijn sterke en zwakke zijden. De grote Mahatma Gandhi had als jonge advocaat in Zuid-Afrika uit boosheid zijn vrouw op straat gezet en later heeft hij in zijn biografie dat ruitelijk toegegeven en ook berouw getoond.

In zijn biografie heeft hij ook geschreven dat hij een zeer verlegen advocaat was en als jongeman was hij een jaloerse echtgenoot voor zijn vrouw Kasturbai. In de Bhagavad Gita lezen wij o.a. het volgende: “De invloed van Karma op het karakter is de geweldigste macht, waarmee een mens te maken heeft”.

“De mens is als het ware een centrum, dat alle krachten van het heelal tot zich trekt, ze doet samensmelten en ze in een machtige stroom weer uitzendt. Zulk een centrum is de ware mens, de almachtige, de alwetende en hij trekt het hele universum tot zich; goed en kwaad, leed en geluk trekken op hem af en klemmen zich aan hem vast en daaruit formuleert hij de machtige stroom, die men karakter noemt. Zoals hij de macht heeft alles tot zich te trekken, zo heeft hij ook de macht alles weer uit zich te doen stromen”.

Niemand krijgt iets zonder dat hij het verdient; dit is de eeuwige wet volgens de Bhagavad Gita. We denken misschien wel eens dat het niet zo is, maar op de lange duur worden we er toch van overtuigd. Iemand kan levenslang naar rijkdom streven, hij kan duizenden mensen oplichten, maar tenslotte ziet hij toch, dat hij niet verdiende rijk te worden en het leven wordt hem tot een last.

Ons Karma bepaalt, wat we verdienen en wat we tot ons kunnen nemen. Zijn eenvoud en de rust die hij uitstraalde maakte dat hij bij mij zeer bemind was. Wij beslissen niet over ons leven; de Almachtige heeft anders beslist en wij hebben ons hoofd moeten buigen.

Op zaterdag 7 juni 2014 is het stoffelijk overschot van drs. Aroenkoemar Goerdin aan de schoot der aarde toevertrouwd. Wij bidden tot de Almachtige dat de ‘atma’ van onze vriend/ medicus en vader de eeuwige rust mag hebben. Ik wens de familieleden (broers en zusters) en zijn 2 dochters en allen die op hem bevriend waren veel sterkte toe. Hij zal in de annalen van zijn vrienden en familieleden blijven voortleven.

Hardeo Ramadhin


In memoriam Dr. Aroen Goerdin (2, door Robby Roeplall)

Omdat ik zelf van eenvoudige ouders met een bescheiden vermogen afkomstig ben, schrijf ik nooit alleen voor mensen een “In Memoriam” die academische graden hebben behaald en of rijk zijn geworden: “Hoe eenvoudiger hoe beter” leerden mijn ouders mij als kind. Later gelukkig ook mijn welbeminde en kundige geschiedenisleraar de heer E.A. Gessel (1919). Wijlen dokter Sadal dermatoloog – Dath zoals ik hem noemde – was ook zo’n eenvoudige specialist die iedereen zoveel mogelijk met alle respect en egards benaderde.

Ik heb hem nooit professoren zien ophemelen alsof die hoger opgeleid en of in een bepaald opzicht beter waren dan andere gerespecteerde academici. Immers een professoraat is een benoeming, evenzo als dat bij een promotie plaatsvindt na het verdedigen van een scriptie of proefschrift, en beide titels kunnen te allen tijde afgenomen worden bij gebleken malversaties.

Dit heeft al vaker plaatsgevonden in Nederland! De titels behaald door studie aan een hogeschool of universiteit kunnen meestal niet meer afhandig worden gemaakt. Dit even terzijde omdat juist dit soort vergankelijke zaken noch Sadal noch Goerdin interesseerden. Goerdin was een zeer plichtsgetrouwe arts. Ik was muisstil toen ik het tragische nieuws van zijn heengaan vernam. Hij was echt een hele lieve man! Mijn respect en diepe bewondering voor zijn persoon en werk dat hij uitvoerde als professional.

Gezamenlijke jeugd

Aroen en zijn ouders hebben eerst bij mij in de buurt aan de St.-Alphonsiusstraat – een zijstraat van de Schietbaanweg – gewoond. Wij waren heel goed bevriend, en speelden vaak samen. Wij hadden geiten en vaak kwam hij met de geiten spelen tevens een babbeltje met ons maken. Zijn moeder noemde mijn moeder zus, en waren goed bevriend met elkaar.

In die tijd gaven buren elkaar nog “iets lekkers” als ze die hadden gekookt en of gekocht. Mooie tijden waren dat: “Buurvrouw mama heeft dit voor u gestuurd”. Aroen was jonger dan ik dus hij noemde mij “bhai” (broer). Wij werden in die tijd (jaren zestig van de vorige eeuw) zeer gedisciplineerd en integer opgevoed.

Nadat ik voor verdere studie naar het buitenland vertrok, zag ik Aroen zelden. Na terugkomst, heb ik enkele keren met hem en zijn ouders gesproken die inmiddels waren verhuisd. Ik natuurlijk ook! Maar de prettige herinneringen aan onze buurt en jeugd bleven bestaan. Daar spraken wij altijd met veel plezier en zeer veel ontzag over.

Ook de vader van Aroen die net als zijn zoon een uiterst beleefde en rustige man was, betrokken wij in onze gesprekken. Ik had de eer om één van de zusjes van Aroen te onderwijzen op het Surinaams Pedagogisch Instituut waar zij studeerde voor haar hoofdakte.

Aroen als specialist

Bijna alle patiënten die ik heb gesproken, roemden dr. Goerdin om zijn kundigheid en bekwaamheid. Met de schaarse middelen die voorhanden zijn in Suriname deed hij toch zijn uiterste best om de patiënten tevreden te stellen en of medisch adequaat te begeleiden. Nederlandse specialisten die in Suriname kwamen, spraken veelal hun bewondering en waardering uit voor de kunsten van Aroen.

Ook mijn Kaki (tante) was patiënt bij dr. Goerdin. Hij informeerde vaak naar mij, en hielp mijn tante alsof het zijn eigen moeder was. Ik overdrijf echt niet als ik zeg dat Aroen een heel beleefde arts was die voor iedereen tijd had. Zijn eenvoud heb ik niet tevergeefs vergeleken met een andere grote zoon in ons land namelijk dr. Sadal die zijn patiënten dito vriendelijk en kundig behandelde.

Het is triest om nu weer te vernemen dat zulke goede maar schaarse specialisten zo kort leven, en dan heengaan. Hier krijg ik spontaan tranen van in mijn ogen. Ik moet ze nu even vegen om verder te schrijven. Het is prettig vooral voor de eenvoudige patiënten die niet zo hoog opgeleid zijn dat zij goede toegang hebben tot deze lieve specialisten die altijd voor hen klaar staan. In de buurt waar ik samen met Aroen ben opgegroeid, zijn heel veel academici voortgekomen.

Teveel om op te noemen! Wellicht wilt u zelf daarnaar informeren. Aroen was daar één van. Een markante persoon – met zeer aardige ouders, broertjes en zusjes – en iemand die ik nooit zal vergeten omdat hij twee huizen bij mij vandaan woonde.

Wij hebben zelfs uit één bord gegeten, en een ontzettend gelukkige en prettige jeugd gehad ondanks dat we toen wat minder hadden. Dit soort waarachtige helden verdienen het om eeuwig gememoreerd te worden in Suriname. Een taak voor de “Straatnamencommissie” waar ik de laatste tijd niets meer van hoor.

Ik wens de directe familieleden van Aroen waaronder zijn kinderen en al zijn collegae tevens vrienden veel sterkte toe met dit smartelijk verlies. Mijn welgemeende condoleance! Ik vind het een grote eer om deze herinnering met eerbied aan mijn lieve “broertje” en vroegere buurtgenoot te mogen schrijven. Moge de Almachtige God hem in het hiernamaals – al zijn fouten als mens vergeven – en hem omarmen met liefde, vrede en of vreugde zoals hij dat ook aan iedereen gaf.

Robby Roeplall

 

Bron/Copyright:

Nickerie.Net /Ingezonden

07-06-2014

WWW.NICKERIE.NET

Email: info@nickerie.net

Copyright © 2014. All rights reserved.

Designed by Galactica's Graphics