NPD misbruikt
geschonken Iraanse tractoren voor partijpropaganda
Op vrijdag 4 juli
heeft de minister van LVV aan het commissariaat van Nickerie zeven (7)
tractoren geschonken. Deze tractoren zullen verhuurd worden tegen een
lagere prijs aan de kleine rijstboeren. De tractoren zijn feestelijk
overgedragen aan de commissaris van Nickerie. Op het eerste gezicht is
dit een prachtig idee, maar zij die meer kijk op de rijstbouw hebben,
beschouwen dit als een politieke stunt van de NDP en deze politieke
organisatie probeert letterlijk zand in de ogen te strooien van de
18.042 kiezers die op 25 mei 2010 naar de stembus zijn geweest in
Nickerie. Voor ik verder ga, geef ik wat achtergrondinformatie over het
beplant areaal in Nickerie.
Tabel 1. Beplante arealen van padie 2004 -2009
Padie Arealen |
2004 |
2005 |
2006 |
2007 |
2008 |
2009 |
Voorjaars ( ha ) |
21.583 |
23.033 |
21.769 |
21.521 |
19.903 |
26.255 |
Najaars ( ha) |
27.437 |
22.541 |
22.463 |
20.566 |
23.751 |
28.237 |
Totaal ( ha ) |
49.020 |
45.563 |
44.232 |
42.087 |
43.654 |
54.492 |
Bron: Jaarverslag LVV (11 juni 2010).
De kleine rijstboeren geven de strijd niet op
De zeven tractoren zullen ingezet worden voor de kleine rijstboeren. De
kleine rijstboeren in Suriname geven de strijd niet op, ondanks de
geringe ondersteuning van de overheid. In de periode 2000-2010 hebben de
rijstboeren 7 (zeven) keren financiële ondersteuning gehad van de
overheid. Na 2010 hebben zij van deze regering in plaats van financiële
ondersteuning extra government-take moeten betalen. Op jaarbasis (bij
een inzaai van 30.000 per seizoen, op jaarbasis wordt het 60.000 ha)
betalen de rijstboeren in Suriname aan government-take ruim
SRD.19.800.000,00. Voor het produceren van 1 ha rijst heeft men
gemiddeld 165 liter diesel nog. Voor 60.000 ha wordt dus (60.000X 165
liter diesel) = 9.900.000 liter diesel. Als wij dit weer
vermenigvuldigen met SRD 2,00 per liter voor government-take, dan wordt
het op jaarbasis 9.900.000XSRD 2,00 = SRD 19.800.000,00. Zonder de
rijstboeren zou de overheid dit geld niet verdienen.
Tabel 2.Beplante arealen bevolkings- en ondernemingslandbouw 2004-2009
Padie arealen |
2004 |
2005 |
2006 |
2007 |
2008 |
2009 |
Bevolkingslandbouw |
23.950 |
23.027 |
23.589 |
23.135 |
24.223 |
24.193 |
Ondernemingslandbouw |
25.070 |
22.536 |
20.643 |
18.952 |
19.431 |
30.299 |
Totaal |
49.020 |
45.563 |
44.232 |
42.087 |
43.654 |
54.492 |
Bron: Jaarverslag LVV 2009 (11 juni 2010)
Tot de bevolkingslandbouw worden bedrijven met een areaal grootte van
0.1 - 12 ha gerekend en tot de ondernemingslandbouw worden bedrijven
gerekend met een areaal grootte > 12 ha(bron LVV). Als wij kijken naar
tabel 2 dan zien wij dat in sommige jaren de kleine rijstboeren
(bevolkingslandbouw) meer dan de helft van het beplant areaal verbouwd
hebben.
Ruim 3% van de kleine boeren “geholpen” (een grote grap)
De kleine rijstboeren beplanten per seizoen ongeveer 15.000 ha. Een
tractor kan per seizoen (volgens rijstdeskundige Harinandan Oemraw)
ongeveer 60 ha grond bewerken (zaai klaarmaken). Een eenvoudig
rekensommetjes leert ons dat de 7 tactoren per seizoen ongeveer 7x 60 ha
=420 ha zaaiklaar kunnen maken. Voor het gemak gaan wij dit afronden
naar 450 ha. In % uitgedrukt komt dit neer op (450 ha: 15.000 ha ) x
100% = 3%. Met andere woorden, slechts 3% van de kleine boeren kunnen
gebruik maken van “de goedkope tractoren” om hun grondwerking in orde te
maken.
De komende dagen gaan wij van de commissaris horen welke besparing dat
op jaarbasis zal zijn voor de grondbewerking van de 450 ha. De
rijstboeren betalen aan deze regering op jaarbasis alleen aan
government-take ongeveer SRD 19.800.000,00. Ik kan nu al stellen dat de
besparing op de grondbewerking van 450 ha per seizoen ten opzichte van
de government take een druppel op de hete plaat is. Zo probeert deze
regering op een zeer goedkope manier zand in de ogen van het electoraat
te strooien. De beste oplossing voor de rijstbouw is: “Schaf de
government- take voor de rijstboeren af en daarmee geeft de overheid de
totale sector (100% van de rijstboeren) op jaarbasis een behoorlijk push
om de kostprijs te besparen en de concurrentiepositie van de rijstboeren
te vergroten”.
Trots op de rijstboeren
De Surinaamse rijstboeren zijn zeer harde werkers. Zij hebben ervoor
gezorgd na 1930 Suriname geen korrel rijst hoeft te importeren. Vooral
na de Tweede Wereldoorlog heeft Suriname aardig wat rijst geëxporteerd
naar het buitenland. Op de overheid doe ik nogmaals een beroep om onze
rijstboeren regelmatig incentives te geven, waardoor zij blijven
produceren voor de natie Suriname.
Hardeo Ramadhin