Nickerie.Net, zaterdag 02 juli 2016


Plicht tot vervolging en internationaal isolement

Als de boodschap niet bevalt, doodt men de boodschapper. Mr. Dr. Jeff Handmakers, proceswaarnemer van de Internationale Commissie van Juristen (ICJ) bij het 8 december strafproces, vertolkte in Suriname de internationale rechtsnorm: landen hebben in geval van internationale misdrijven, ernstige schendingen van mensenrechten, de plicht tot vervolging. Onvoorwaardelijke amnestie is uit den boze. Voor internationaal rechtskundigen is het geen vraag of de folteringen en moorden van 7 en 8 december 1982 internationale misdrijven, schendingen van het internationaal strafrecht, waren.

De Zuid-Afrikaanse hoogleraar in internationaal recht, John Dugard, concludeerde zelfs, op grond van een uitgebreide onderbouwing, dat de folteringen en moorden van december 1982 kwalificeren als misdrijven tegen de menselijkheid. De misdrijven maakten deel uit van het systematisch vervolgen en liquideren van de intellectuele elite van de democratische oppositie, misbruik makend van staatsmacht en staatsmiddelen. Uit de hoek van de agitatoren van straffeloosheid en onvoorwaardelijke amnestie, moest 'boodschapper' Handmakers het ontgelden. Hij werd, speculerend op anti-koloniaal ressentiment, eerst als 'Rotterdammer' weggezet. Toen bleek dat hij weliswaar in Rotterdam werkte, maar een Britse rechtsgeleerde was, volgde een etnocentrische 'correctie' en werd hij 'wit'. Alsof dat iets aan zijn boodschap afdeed.

Ook de ICJ moest het recent ontgelden toen zij de integriteit, deskundigheid en reputatie van haar proceswaarnemer tegen hijgerige aanvallen verdedigde. Zij werd weggezet als 'Internationale Commissie van Grappenmakers.' De ICJ speelt al ruim 60 jaren internationaal een leidende rol in het verdedigen en promoten van de internationale mensenrechten, het internationaal strafrecht en het beginsel van onafhankelijke rechtspraak. Zij is voor haar werk gehonoreerd met de United Nations Award for Human Rights, de Erasmus Prize, de European Human Rights Prize en de Wateler Peace Prize.

Willekeur als norm?

De ontkenning van de plicht tot vervolging van internationale misdrijven, omdat nu eenmaal mensen kiezen voor wel of geen vervolging, miskent het onderscheid tussen norm en gedrag. Het klopt dat, vooral vanwege het recht van de sterkste in zekere landen, internationale misdrijven te vaak onbestraft blijven. Dat betekent evenwel niet dat de rechtsnorm, zoals verankerd in vele internationale (mensenrechten) verdragen, daarom niet meer zou gelden. Toegeven aan de cultuur van de straffeloosheid, dat wil zeggen het recht van de sterkste, zou betekenen willekeur tot norm verheffen. Dat impliceert dictatuur, macht gestoeld op geweld, een bedreiging voor het vreedzaam samenleven. Dat is ook wat de ICJ met hand en tand wil voorkomen of tegengaan. Daarom kijkt zij kritisch mee in het 8 december strafproces.

Internationaal isolement

Suriname zou, zeker nu in de ernstige financieel-economische crisis, de boodschapper niet moeten willen doden. Ingaan tegen de plicht tot vervolging, tegen de internationale rechtsnorm, is vanuit het persoonlijke belang van een schuldbewuste verdachte wellicht aantrekkelijk, vanuit het algemeen belang bezien, staat het gelijk aan moreel blind avonturisme. Het lopende 8 december strafproces, door inmenging van de uitvoerende macht (de enige van de drie machten die gewapende machten aanstuurt) stopzetten, zal leiden tot internationaal isolement. Temeer daar zowel de mensenrechten commissies van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) als die van de Verenigde Naties, sinds meer dan drie decennia de rechtsnorm ten aanzien van 8 december 1982 expliciet hebben geformuleerd: de schuldigen aan de marteling en moord op de vijftien voormannen van de Surinaamse democratie moeten worden vervolgd en berecht.

Suriname heeft zich internationaal daaraan gecommitteerd. Op zo een commitment kan je niet ongestraft terugkomen. Niets minder dan jouw nationale waardigheid en volkenrechtelijke integriteit staan op het spel. Bij zowel de morele als financiële ' ratingsbureau's' volgt de vrije val, bij het definitief obstrueren van de onafhankelijke rechtsgang. De hoogste prijs voor bestuurlijk egocentrisme wordt uiteindelijk betaald door de kwetsbaarsten in de samenleving.

Theo Para

Bron/Copyright:
Nickerie.Net / NSS 02-07-2016

WWW.NICKERIE.NET

Email: info@nickerie.net

Copyright © 2016. All rights reserved.

Designed by Galactica's Graphics