Twee maanden zijn reeds voorbij, maar de rehabilitatiewerkzaamheden op het Onafhankelijkheidsplein vorderen maar niet. Het plein werd sinds begin mei afgesloten voor het publiek, omdat de regering vond dat het toe was aan dringend herstel. De achterliggende reden was dat de regering bang was voor de groepen die steeds kwamen protesteren tegen het regeerbeleid. Bang als de president is, liet hij als lafaard des vaderlands op het Onafhankelijkheidsplein hopen zand gooien, zodat een massa zich niet vrij zou kunnen bewegen. Als de regering daadwerkelijk vond dat het plein aan dringend herstel toe was, zou zij bijvoorbeeld niet hebben toegestaan dat er grote evenementen van bepaalde organisaties op het plein gehouden werden. Een week later ging de regering over tot het omrasteren van het plein met een hekwerk. Echter is tot nog toe de rehabilitatie niet op gang gekomen, misschien ligt dit aan het feit dat de regering wekelijks SRD 22.000 dient te betalen voor de omrastering van het plein.
Waarom
zou de regering in deze precaire situatie ervoor
kiezen om zoveel geld uit te geven voor de
omrastering van het plein dat het volk
toebehoort? Opmerkelijk is dat deze zelfde
regering keer op keer zegt dat er bezuinigd moet
worden, maar in geen enkel geval merkt het volk
op dat de regering zelf iets hieraan doet. De
regering laat zichzelf en vrienden niet op een
houtje bijten, in tegenstelling tot de doorsnee
burger, die zit dagelijks met de handen in het
haar, omdat prijzen en diensten bijna
onbetaalbaar zijn geworden. Terwijl de regering
toekijkt hoe de schoolgaanden meer moeten
betalen voor inschrijfgeld, geeft ze elke week
heel gemakkelijk SRD 22.000 uit aan de
omrastering van een plein. Hoe belachelijk is
dat niet? Terwijl bepaalde gezinnen nauwelijks
te eten hebben, gaat de regering rustig door met
het doen van nodeloze uitgaven.