03/07/2019
PARAMARIBO - De sectie Algemeen Artsen van de VMS heeft nota genomen van de persconferentie van de President van de Republiek Suriname en voelt zich genoodzaakt om te reageren op een aantal punten alsook om enkele markante opmerkingen gedaan tijdens deze persmeeting te ontzenuwen.
Allereerst willen wij, het grootste deel van de huisartsen in Suriname, onze teleurstelling, sterker nog onze verbittering uitspreken over deze aanval van onze goed opgeleide Surinamers, die zich bij tij en ontij inzetten voor de gezondheid van onze zieke burgers. Van de President wordt door een ieder verwacht dat die een bindende factor is binnen de samenleving. Wat wij echter tijdens deze persconferentie hebben vernomen, is allesbehalve natievormend. De President heeft eigenlijk de schuld van vele misstanden in de gezondheidszorg in de schoenen van de Surinaamse arts geschoven. Surinaamse artsen zouden slechts bezig zijn met hun financiële zaken en de vergelijking werd gemaakt met de Cubaanse artsen alsof die loyaler naar de patiënt toe zijn.
Uit alle opmerkingen ter zake blijkt dat de President zeer eenzijdig geïnformeerd is, welke informatie ongetwijfeld gevoed is door het SZF, aangezien het SZF reeds enige tijd de oorlog heeft verklaard aan de medici in Suriname en zich zeer laatdunkend en neerbuigend uitlaat over de Surinaamse medici. Het SZF heeft reeds enige tijd waar mogelijk de goede naam van vele artsen getracht zwart te maken door overal, zowel in de media, als bij de Regering en in de DNA, zeer negatieve opmerkingen te verspreiden, waardoor er flink afgegeven werd op de medici en er dus "plaats gemaakt werd" voor de Cubaanse artsen.
De opmerkingen van de President komen bij de Surinaamse artsen over als zeer minachtend en beschuldigend. Als klap op de vuurpijl dragen de Minister van Volksgezondheid en de Minister van Onderwijs hun steentje bij aan de bejegening van Surinaamse artsen door te stellen dat de ervaring leert dat Surinaamse studenten en artsen belangrijke vaardigheden zoals communicatief en empathisch/humanitair vermogen missen om hun werk naar behoren te doen. Ook hier wordt een vergelijking gemaakt met de Cubaanse artsen. Deze vergelijking is door elke burger in ons land als niet valide te bestempelen, want hoe kan een Cubaanse arts überhaupt communiceren met een Surinaamse patiënt op het niveau van de Surinaamse arts? Hij moet immers eerst de taal nog leren, maar zal tegen de tijd dat hij weer vertrekt uit Suriname, noch de taal noch de cultuur zo goed kunnen kennen als de Srananman arts!
Wij roepen hierbij de wetenschapper, Mevr. Drs. Lilian Ferrier (thans Minister van Onderwijs), op om de onderzoeksresultaten van haar studie naar vaardigheden van Surinaamse artsen bekend te maken, zodat haar uitspraken kunnen worden getoetst. Wij betreuren het dat de President niet inhoudelijk ingegaan is op de brief welke de VMS heeft gestuurd, waarin goed onderbouwd de standpunten van de VMS omtrent de misstanden in de gezondheidszorg zijn opgenomen. Geen enkel besluit van deze Minister van Volksgezondheid omtrent problemen in de gezondheidszorg is tot stand gekomen in overleg of na constructief overleg met de Vereniging van Medici in Suriname, die sinds jaar en dag als counterpart in de Zorg is erkend door de overheid. De medici worden steeds achteraf geconfronteerd met de besluiten, ondanks alle input die zij steeds bereid zijn geweest aan te reiken, net zoals dit in het verleden wel het geval was.
Intussen moeten de artsen met veel minder middelen, met een veelal onprettige behandeling en afhandeling van hun diensten door het SZF, toch dezelfde kwaliteit van gezondheidszorg bieden, veel meer werk verzetten om dat te kunnen volhouden, terwijl de overheid niet meer financiën beschikbaar stelt, in tegendeel, maar die middelen wel voor de komst van de Cubaanse artsen, inclusief de betaling aan de Cubaanse staat, beschikbaar stelt. Het is dan ook frappant dat dezelfde overheid die nu van mening is dat er vanuit de Surinaamse arts heel weinig wordt gedaan aan preventieve en geestelijke gezondheidszorg, ernstig heeft ingeknipt in de begroting van deze zorggebieden.
Tevens klopt de mededeling van de Minister van Volksgezondheid over het aantal artsen (0.8 per 10.000 inwoners) totaal niet. Volgens de WHO (2018) is de arts : patiënt ratio 12.26 per 10.000 inwoners voor Suriname. Is dit geen misleiding? Wil men bewust het falend gezondheidsbeleid verdoezelen door deze leugens te produceren? Ook de vergelijking met (het zo kleine eiland) St. Maarten en Cuba gaat mank, alleen al omdat die eilanden volledig ontsloten zijn en alle hoeken en gaten op die eilanden goed bereikbaar zijn met het openbaar vervoer, hetgeen in de verste verte niet te vergelijken is met de infrastructuur van (het oerwoud in het binnenland van) Suriname.
De persconferentie van de President, gesteund door de betreffende 2 Ministers, is naar het gevoel van de Surinaamse arts een regelrechte aanslag op het artsenberoep. Alleen al hierdoor wordt er vanuit de Regering aangemoedigd dat de burger geen respect meer hoeft te hebben voor de Surinaamse arts, maar wel voor de Cubaanse arts! Waarom promote, sterker nog verheft, een natie, in dit geval de Regering van Suriname, buitenlanders boven haar eigen burgers? Terwijl bewezen is dat onze opleiding internationaal volledig voldoet en Suriname prima artsen aflevert? Wij doen een beroep op de Regering op om in overleg te treden met de betreffende beroepsgroepen om gezamenlijk de problematiek in de gezondheidszorg te benaderen en daarvoor oplossingen te vinden die een breed draagvlak zullen hebben. Tenslotte een citaat van Abraham Lincoln: Als je eenmaal het vertrouwen van je medeburgers verliest, kun je hun respect en waardering nooit meer herwinnen.
Namens de sectie Algemeen Artsen van de VMS,
Drs. M. Simbhoedatpanday,
Voorzitter