Nickerie

Nickerie, vrijdag 08 oktober 2004

Ondanks rechterlijk vonnis: SML betaalde Manglie niet

door Ivan Cairo

PARAMARIBO — De Stichting Machinale Landbouw (SML) heeft zich, ondanks rechterlijke vonnissen, de afgelopen jaren niet gehouden aan overeenkomsten en betalingsafspraken met de industrieel Imro Manglie. Manglie is eind vorige week eerste hypotheekhouder geworden op de roerende en onroerende bezittingen van het failliete SML, nadat hij de schuld van de SML bij de DSB-Bank overnam. Vooralsnog is onduidelijk hoe groot de vordering van de rijstmagnaat op de SML is.

Naar aanleiding van uitspraken van vice-president Jules Ajodhia, dat de regering verrast is met de schuldovername, verklaart Manglie dat de Raad van Bestuur de met hem ondertekende overeenkomsten nimmer is nagekomen. De ondernemer zou door SML-directeur John King zelfs zijn voorgehouden, dat de regering zou hebben aangegeven dat Manglie maar naar de rechter moest stappen, waarna bij een eventueel vonnis in zijn voordeel de overeenkomsten zouden worden nageleefd. De ondernemer stapte naar de rechter en werd in het gelijkgesteld. Toch weigerde de SML-leiding het vonnis uit te voeren, waardoor de dwangsom die daaraan gekoppeld was, inmiddels is opgelopen tot 8 miljoen Surinaamse dollar. Volgens de rijstmagnaat dient in een rechtsstaat ook de overheid zich bij een rechterlijk vonnis neer te leggen en zullen overheidsbedrijven het voorbeeld moeten geven aan de samenleving door vonnissen te respecteren. De ondernemer stoort zich eraan dat de vice-president de samenleving onvolledige informatie verstrekt en kennelijk niet goed is geïnformeerd over de situatie bij de SML. Volgens Manglie zou de Ajodhia de Raad van Bestuur ter verantwoording moeten roepen. Hij stelt dat er niets geheimzinnigs is aan de schuldoverdracht door DSB-Bank. De kredietovereenkomst tussen de bank en de SML zou reeds op 23 september zijn opgezegd, meent hij.

Manglie voert verder aan dat, ware het niet dat hij in 2003 voorschotten tot een bedrag van in totaal 400.000 US dollar had verstrekt aan de SML, het staatsbedrijf reeds vorig jaar verloren zou zijn. Een deel van deze vonnissen is nog steeds niet betaald, zegt hij, ondanks een vonnis met een dwangsom van 10.000 Surinaamse dollar per dag wanneer het vonnis niet wordt uitgevoerd. Nu hij de schuld van de DSB-Bank heeft overgenomen, zullen de dwangsommen, aldus de industrieel, niet verder oplopen. Voorts beweert hij dat SML cargo-rijst heeft geleverd aan een buitenlandse afnemer voor een bedrag van tussen de 200.000 US dollar en 300.000 US dollar, maar tot heden nog geen cent heeft ontvangen.

Bron:
	,08-10-2004